Een genoegdoening door de staat is mogelijk doordat mensen hun emoties, door een goed ontwikkelde neocortex (gedeelte van de hersenen) , onder controle kunnen houden. Honden hebben een veel kleinere neocortex dan mensen. Zij kunnen hun emoties niet zoals wij onder controle houden en evenmin in tijd verplaatsen (uitstellen). Indien een hond zich bedreigd of tekort gedaan voelt zal hij altijd en direct zelf handelen. Er zijn twee situaties waaruit het gedrag van honden blijkt dat de hond vindt dat hij een recht heeft. De eerste situatie is als een hond een prooi (dit hoeft niet eetbaar te zijn) bemachtigd heeft. Hij zal zijn bezit verdedigen ook tegen individuen die normaal zijn gedrag beperken. Dit recht wordt door de andere honden niet betwist. Andere honden kunnen nieuwsgierig zijn naar de buit en ze kunnen erom bedelen maar algemeen wordt het recht van de bezitter gerespecteerd. In de hondenwereld geldt dat een hond die voedsel dan wel een voorwerp heeft bemachtigd, het recht heeft om dat te behouden. Dit is de reden dat het gevaarlijk is om te proberen om buit van een hond af te pakken. Het recht op buit wordt versterkt als de hond in zijn eigen territorium is. Indien de hond een buit heeft die voor hem gevaarlijk is dan is het het beste om net te doen of men met hem uitgaat of hem op een andere plek iets heel lekkers te geven waardoor zijn interesse voor de buit verslapt.
|
||||
vorige volgende | ||||